Zojuist heb ik het onlangs publiceerde het rapport Green economies around the world? gelezen. Het is een publicatie van het Sustainable Europe Research Institute (SERI) met prachtige grafieken en tabellen. Belangrijkste conclusie:
“Business as usual: not an option for the future.”
Om twee redenen is business as usual geen optie meer. Ten eerste, omdat het huidige gebruik van natuurlijke hulpbronnen niet duurzaam is. Ten tweede, omdat tegelijkertijd miljarden mensen op de wereld nog leven in materiële armoede en terecht vragen om een substantiële verhoging van hun consumptie en materiële welvaart. Anders geformuleerd, er zijn grenzen en daar lopen we nu tegen aan. Dit is niets nieuws, sinds Limits to Growth (1972) zouden wij kunnen weten dat een radicale verandering op den duur nodig is. De afgelopen decennia zijn er veel wetenschappelijke artikelen en boeken gepubliceerd over het einde van groei. Mijn favorieten zijn Herman Daly, Tim Jackson en Richard Heinberg. De bewijslast is enorm. Waarom er nauwelijks iets is gebeurd, blijft raadselachtig. Macht en kortzichtigheid zijn de meest voor de hand liggende verklaringen.
Wat dient er te gebeuren? Volgens het SERI-rapport – en daarin hebben ze gelijk – dient het in groene economieën niet te gaan om economische groei, maar om het verbeteren van de productiviteit van hulpbronnen en het verminderen van het absolute gebruik van grondstoffen. De schrijvers formuleren een aantal fundamentele vragen die wij, de mensheid, dienen te beantwoorden:
Is the current model of material intensive lifestyles desirable as a future vision ? And if not, what is an attractive and sustainable alternative?
Are we willing to implement a limited and equal distribution of material consumption globally ? If yes, at what level ? The current OECD-level, which would mean accepting a doubling of environmental pressures ? The current global average, accepting global distribution and current levels of ecological pressure? A level oriented on current best practices or maybe less ? If one of these options seems to be favourable, what kind of incentives and sanctions would humanity accept to enforce them?
If an equal distribution is not worthwhile, what would be an alternative approach to reach a globally sustainable level of resource use? Should inequalities of more than a factor of 50, as we observe currently, be maintained or would a minimum or maximum level of material consumption for each person be more attractive? What level of inequality could be acceptable in terms of global social justice?
Grote vragen die democratisch gekozen politici professioneel ontwijken. Wat de vraag oproept of democratieën wel in staat zijn deze problemen op te lossen…. Of komt ook het politieke business as usual ten einde?