Gisteren (11 oktober) heb ik een college gegeven aan de hogeschool in Leiden voor de postgraduate International Sustainable Development. Zoals wel vaker heb ik geprobeerd de relatie tussen geld, geldcreatie, het Bruto Binnenland Product en alternatieve indicatoren te verhelderen. Tevens heb ik twee lopende projecten, de MEV+ 2013 en de Ecobalans, besproken. De daaropvolgende discussie was waardevol. Ook ik heb ervan geleerd. De consensus was dat economische groei geen beleidsdoel kan zijn; geld is een middel en geen doel; en dat het dus tijd is alternatieven een kans te geven. Het kan anders. Voor geïnteresseerden de sheets.
Hallo Martijn,
ik heb met belangstelling je sheets bekeken, ik vind je analyse duidelijk en onontkoombaar en je sheets van grote kwaliteit. Aan de andere kant vind ik het verhaal (ook dat van SDE en van Claassens bv) voluntaristisch dwz. het is wensdenken dat weliswaar goed onderbouwd is; het abstraheert a.h.w. van de huidige maatschappelijke ordening. Wat dat betreft is het wezenlijk om te beseffen dat het economisch systeem een “ordening” is en geen natuurverschijnsel (ofschoon marktwerking en mensen die op hun eigen voordeel uit zijn wel beschouwd kunnen worden als menselijke eigenschappen). Mijns inziens moet je daarvan uitgaan. Verder is het goed om te beseffen dat volledige werkgelegenheid een doelstelling is van de politiek en dat economische groei (of wat daarvoor doorgaat) hiervoor noodzakelijk is. Dat deze gedachte berust op een idee fix, zullen wij wel met elkaar eens zijn, dat doet niets af aan de taaiheid en de onontkoombaarheid ervan voor velen en m.n. ook beleidsmakers. Verder is het een feit dat de huidige economische ordening reacties bij mensen en bedrijven te weeg brengt die averechts zijn als het gaat om duurzaamheid. Dat betekent dat alle drie de “what to do’s”, dit niet zullen verhelpen (misschien alleen “nieuwe vormen van democratie”).
De ellende van ons systeem is nl. dat de economie ons de verkeerde (dwz. niet duurzame c.q. anti-ecologische) kant opstuurt. Feitelijk betekent dat voor het gros van de Nederlanders dat hoe duurzaam zij ook denken, zij in hun dagelijks bestaan (arbeidsproces) in feite averechts doen ( in hun vrije tijd telen zij kippen en eigen groenten en in hun werk bevorderen ze import van levensmiddelen uit Australië en export van kippenresten naar Ghana). De economie stuurt hun de verkeerde kant op, maakt het “om de wille van de smeer..” onontkoombaar. Ik heb dat besef in mijn stukjes tot uitgangspunt genomen. Als ik jouw college bekijk zie ik dat je mijn artikel (nog) niet gelezen hebt. Misschien was het wel aan de orde, ik verneem ter zake dan graag van je, groetjes,
Leon Segers