Je kunt de laatste weken geen economisch nieuwsbericht horen of lezen zonder het woord recessie tegen te komen. Bijna altijd wordt er een negatief waardeoordeel aan dit woord gegeven. Presentatoren, analisten en verslaggevers volgen nagenoeg allemaal dezelfde logica: recessie is krimp en dat is slecht. Deze redenering is hooguit gedeeltelijk waar.
Ten eerste de vraag: wat houdt het woord recessie eigenlijk in? Het CPB definieert recessie als een conjunctuurfase die gekenmerkt wordt door teruglopende groei van de economische activiteiten. Dit wordt afgemeten aan een kleiner wordende volumegroei van het bruto binnenlands product of een groei die beneden het langjarige gemiddelde ligt. Recessie betekent dus niet dat economische activiteit tot stilstand is gekomen. De (geld-)economie draait alleen wat langzamer. Er wordt nog steeds graan verbouwd, er worden nog steeds broden gebakken en er wordt nog steeds brood gegeten.
Ten tweede de vraag: hoe ontstaat een recessie? Doorgaans wordt een recessie geweten aan een dalend consumentenvertrouwen waardoor wij minder besteden – en producenten minder verdienen. Dit is niet per definitie slecht nieuws. Minder consumptie kan ook betekenen dat wij alles al hebben. Daarnaast is het de vraag of steeds meer bezittingen daadwerkelijk bijdragen aan onze levens. Tot welke hoogte maakt consumptie gelukkig? Is kopen niet hooguit goed voor een paar kortstondige geluksmomenten? Werkt kopen niet net als beloningen in een computer-game? Verslavend dus. Als consumenten minder besteden kan dit ook beteken dat ze verstandiger worden.
Dan de vraag: hoe erg is een recessie? Op persoonlijk vlak kan een recessie dramatische gevolgen hebben. Ontslag of faillissement zijn bepalende gebeurtenissen in een mensenleven. Echter, het is ook zo dat probleemsituaties kansen bieden. Het verlies van werk is bijvoorbeeld vaak een moment om passies te onderzoeken en beter werk te vinden.
Op nationaal niveau kan een recessie in rijke landen – indien zij goed wordt gecontroleerd – diverse voordelen opleveren. Indien alle Nederlanders minder werken, hebben wij allemaal meer tijd voor andere activiteiten; voor familie, vrienden, sport, opleiding en ontspanning. Nationale overheden dienen nu werkgevers te stimuleren het beschikbare werk te herverdelen onder werknemers in plaats van dat zij de laatst aangenomen werknemers te ontslaan. Werkloosheid is problematischer dan minder werken.
Op mondiaal niveau zijn er ook diverse voordelen verbonden aan recessie. Zo betekent uitblijvende economische activiteit dat onze natuurlijke voorraden minder snel verdwijnen. We verspillen en vervuilen minder. Anders geformuleerd, we worden economischer! En daar profiteren komende generaties van. Bovendien biedt recessie ruimte voor creativiteit en innovatie. Er ontstaan prikkels om business as usual te verlaten. Een tv-producent kan bijvoorbeeld besluiten om een zuiniger tv-toestel te ontwerpen, in plaats van een groter.
Recessie is in rijke landen dus een kans om een ontspannen samenleving en circulaire economie in te richten. Een recessie is niet per definitie slecht. Laten we bovendien niet vergeten dat recessie enkel gaat om betaalde economische activiteit. Heel veel economische activiteit gebeurt gratis. Denk aan diensten of klussen die we doen in familieverband, vriendengroepen, clubhuizen en buurtgemeenschappen. Recessie betekent in feite dat mensen minder monetaire transacties doen, maar niet per se dat er minder werk verzet wordt. Recessie wegzetten als puur negatief is kort door de bocht.
Wat is dan het probleem? De kern van het probleem is ons geldsysteem. Dat is op groei gebaseerd. Wij, consumenten, hebben het geldsysteem echter niet ontworpen! Dit is in het verleden gebeurd. Bijvoorbeeld in Bretton-Woods in 1944 en in 1971 toen president Nixon besloot om de goudstandaard los te laten. Op deze momenten zijn de weeffouten in ons geldsysteem geslopen. De ontwerpers gingen er bijvoorbeeld vanuit dat er geen grenzen bestaan aan de fysieke voorraden van de aarde, terwijl deze er wel zijn. Nu hapert ons geldsysteem indien banken minder kredieten verstrekken. Minder kredieten betekent dat de geldhoeveelheid slinkt. Dit leidt uiteraard tot problemen. Gelukkig zijn er oplossingen. Het plaatsen van geldcreatie onder democratisch bestuur is mogelijk en kan leiden tot een stabiele geldhoeveelheid en een steady state economie. Laten wij dit doen. Op deze manier kunnen wij werkelijk economisch worden en het vreselijke woord recessie uitbannen.
Deze blog is geschreven in samenwerking met Jan Riemersma
Martijn, ik ben het grotendeels eens met je verhaal. Het probleem is niet een “productieprobleem” maar een inkomensprobleem, een probleem van koopkracht verdeling. Ik verschil echter met je van mening over de oorzaak van het “recessieprobleem”. De oorzaak is m.i. niet het geld, ofschoon de casino-producten van het geldsysteem wel verwoestend werken, zij liggen niet aan de basis van ons probleem. De basis is de ongelijke wereldhandel die sedert enige decennia mede door de enorme daling van de vervoerskosten actueel en nijpend geworden is, door de enorme schaalvergroting van het fenomeen wereldhandel komen de “financiële producten” met in hun slipstream het casino-kapitalisme, vanzelf opzetten. Door de enorme schaal in tijd en in ruimte, is er sprake van een (kapitalistische) dynamiek van ongekende kracht die zelfs sterker zal blijken dan het overlevingspotentieel van de menselijk soort, want dat speelt op lange termijn en blijft vooralsnog abstract. Het geldsysteem bevindt zich echter in de slipstream…..volgens mijn mening.
Zeer instructief is het filmpje onder de link : “http://videos.arte.tv/de/videos/staatsgeheimnis-bankenrettung–7340782.html”