Op 18 april 2018 gaf ik een lezing bij Studium Generale Utrecht over mijn lopende onderzoek naar mogelijke designs van het financieel-monetair systeem in het digitale tijdperk. De beelden zijn hier te vinden en een verslag hier.
Last week Paul Buitink and I interviewed the two authors of The End of Banking (2014), a thought-provoking book I read about a year ago. The authors write under the pseudonym Jonathan McMillan; one of them is Swiss economist and journalist Jürg Müller, the other is a New York based investment banker. We discussed topics as money creation out of credit, shadow banking, full reserve banking and their proposal for a new systemic solvency rule.
I do recommend this interview and their book for two reasons. First, the authors understand how the digital revolution is changing money, credit and banking. Second, the authors attempt to tackle the problem at the fundamental level of accounting. The End of Banking clearly explains how banking got out of control in the digital age and how information technology can be used to implement a more stable financial system. By using balance sheets McMillan shows how traditional banking and shadow banking work and are interconnected. Today, information technology allows banking over a series of interlinked balance sheet; i.e. banking is not dependent on banks anymore. Every company with a balance sheet or group of companies with different balance sheets can create money out of credit by applying the six financial techniques of banking. According to McMillan, in the digital age credit became extremely mobile, and this is why for example capital requirements no longer work.
McMillan argues that we need a political response to unconstrained banking and suggest that we have to end banking; i.e. we have to end the creation of money out of credit. The authors explain how a financial system without banking can work. They propose to split money (public sphere) and credit (private sphere), and to introduce two new monetary tools: a liquidity fee and an unconditional income. Moreover, to prevent money creation out of credit the authors propose a new systemic solvency rule:
The value of the real assets of a company has to be greater than or equal to the value of the company’s liabilities in the worst financial state. (p. 147)
Although it is at this moment hard to understand how this systemic solvency rule would work in practice, McMillan attempt to tackle banking at the level of accounting seems to be the right approach. More research has to be done to fully understand the consequences, but in my opinion The End of Banking is a fundamental contribution to the debate on the future of money.
Op deze blog heb ik regelmatig over het onderwerp geldcreatie geschreven. Twee jaar geleden bijvoorbeeld in een stukje met de titel geldcreatie mainstreamen. Zeven jaar na het uitbreken van de financiële crisis is het dan eindelijk gelukt: geldcreatie is hot. Het theaterstuk Door de bank genomen van de Verleiders heeft hier een belangrijker rol ingespeeld. In dit stuk gaan de Verleiders in op de werking van banken, geldcreatie, excessen en alternatieven. Vanaf de première op 9 november 2014 loopt Door de bank genomen als een trein: de zalen zijn uitverkocht, de recensies lovend en de boodschap verspreidt zich.
Zoals wel vaker in de geschiedenis is het niet de wetenschap of de politiek, maar zijn het de kunsten die een lastig onderwerp aankaarten. De opstand in België in 1830, die uiteindelijk leidde tot de afsplitsing van Nederland, is een prachtig voorbeeld. Willem de Bruin schrijft in het Historisch Nieuwsblad: “Volgens de overlevering raakten de Belgen zo in vervoering door het duet ‘Amour sacré de la patrie’ uit de opera La Muette de Portici, dat ze op 25 augustus 1830 spontaan in opstand kwamen tegen koning Willem I. In werkelijkheid werden de gebeurtenissen die avond waarschijnlijk geregisseerd. De onrust die toen uitbrak, leidde uiteindelijk tot de afscheiding van België.” Kortom, het toneelstuk La Muette de Portici – De Stomme van Portici – was niet de hoofdoorzaak, maar speelde wel een belangrijke rol.
Begin december vorig jaar zat ik samen met George van Houts van de Verleiders, Ad Broere en Ons Geld collega Luuk de Waal Malefijt in een Amsterdams café. George vertelde dat veel bezoekers na hun theatershow verbaasd en soms zelfs boos reageren, en vaak iets willen doen om het onderwerp geldcreatie aan te kaarten en beter te begrijpen. Maar wat konden we hen aanbieden? Op deze decemberdag besloten we een burgerinitiatief op poten te zetten met als doel het onderwerp geldcreatie op de politieke agenda te krijgen en een maatschappelijk gesprek aan te wakkeren.
Op 13 januari lanceerden de Verleiders bij De Wereld Draait Door het burgerinitiatief. Door de grote drukte viel de website meteen om. Desalniettemin waren de benodigde 40.000 handtekeningen in 28 uur binnen. Inmiddels hebben ruim 81.000 mensen getekend. De afgelopen twee weken is er een hoop gebeurd. Zelf discussieerde ik met Robin Fransman over het gevoelige onderwerp monetaire hervorming op Follow the Money, en met ING-econoom Teunis Brosens op RTL-Z. Gisteren waren Ad en George te gast bij TROS Radar.
Wat mij de afgelopen weken wederom is opgevallen is dat het monetaire hervorming vaak verkeerd wordt uitgelegd. Ter introductie in dit onderwerp raad ik de korte uitleg (engels) van Mark Joób en dit artikel (nederlands) van Edgar Wortmann aan. Ook op de website van het burgerinitiatief zijn diverse links naar goede stukken, websites en filmpjes te vinden. Tekenen kan tot en met de laatste show van de Verleiders op 31 maart.
Tot slot, ik hoop dat veel kunstenaars zich laten inspireren door de Verleiders en zich gaan bezig houden met maatschappelijke issues. De kunsten hebben de unieke positie om gevoelige onderwerpen aan te kaarten en taboes te doorbreken. Maak hier gebruik van zou ik zeggen!
This week I have given three presentation about the basics of money and different monetary systems. Herewith the slides that I used at Bitcoin Wednesday at Pakhuis De Zwijger. More and more I think that we need a debate and a democratic decision about what kind of money or moneys, and what kind of monetary system we want to have. Fortunately the scope and scale of the debate is changing slowly; more fundamental questions are asked and more people get involved. If you want to participate in this debate, on September 2oth there is a large conference Geld voor de Toekomst at the Erasmus University (Rotterdam). I think it will be an interesting day.
Yesterday I gave a talk and participated in a debate about Sustainable Banking at the University of Wageningen, organised by Green Office Wageningen. We had some good discussions about the relation between our money system and sustainable development. Herewith my sheets. I would like to thank the New Economic Foundation for their input and great work, in particular Josh Ryan-Collins and Tony Greenham.
Last Tuesday I was invited by VOX Delft, a student run organization that stimulates critical and creative thinking, to comment on five video’s about money and to discuss with the audience. The title of the evening was Is money evil? This refers to a passage form Ayn Rand’s book Atlas Shrugged:
“So you think that money is the root of all evil? […] Have you ever asked what is the root of money? Money is a tool of exchange, which can’t exist unless there are goods produced and men able to produce them. Money is the material shape of the principle that men who wish to deal with one another must deal by trade and give value for value. Money is not the tool of the moochers, who claim your product by tears, or of the looters, who take it from you by force. Money is made possible only by the men who produce. Is this what you consider evil?”
The funniest video was about a new crypto currency, Titcoins, the world’s most beloved and safest currency.
This evening I spoke about the three different theoretical monetary systems, fractional reserve banking, full reserve banking and free banking and promised to share some video’s, articles and books on these three systems:
Fractional reserve banking: the current monetary system where commercial banks create the bulk of the money supply.
Article Money in the modern economy, Bank of England (2014)
Article Money creation in the modern economy, Bank of England (2014)
Article Finance and money – the basics, New Economic Foundation (2013)
Video Banking Course 101, Positive Money (2013)
Book Where does money come from?, New Economic Foundation (2012) (advanced)
Full Reserve Banking: a system where the power to create money is in the hands of the state.
Article Strip banks of their power to create money, Financial Times (2014)
Paper Full Reserve Banking in plain English, Positive Money (2012)
Video Could three simple changes fix the economy?, Positive Money (2014)
Websites Ons Geld (Dutch), Positive Money and International Movement for Monetary Reform.
Paper The Chicago Plan Revisited, IMF (2012) (advanced)
Free Banking: a system where banks are free to issue their own currency
Video What is free banking, and why should I care? (2013)
Book Denationalization of Money, Hayek (1976) (advanced)
Also NEF’s article What’s wrong with our financial system? is interesting to read. It offers 5 alternatives for the current monetary system and monetary institutions:
1) Public banks
2) Green Quantitative Easing
3) Credit guidance by the government or the central bank
4) Nationalisation of the money supply (this is full reserve banking)
5) Regional or local money systems (this looks like free banking)
It is important to keep in mind that the emergence of our monetary system has very little to do with conscious design in terms of improving social, ecological and economic sustainability. It was the outcome of historical accidents and power relations, particularly those between banks and politicians. Nowadays we have the unique opportunity to develop and to implement better money systems. I think more and more discussion and experiments will come.
Dit is een excellente lezing van Michael Kumhof (IMF) over het Chicago Plan bij de London School of Economics and Political Science. Hij legt uit hoe het huidige monetair systeem werkt, wat de belangrijkste mythes zijn en hoe het anders kan. Opvallend is dat Kumhof stelt dat rond 1950 de kennis van het monetair systeem veel groter was dan nu. Dit kan ik beamen. Ook ik heb de afgelopen jaren ervaren dat veel mainstream economen niets snappen van geldcreatie en de rol van centrale en commerciële banken in dit proces. De belangrijkste lessen van deze lezing:
1) Commerciële banken creëren geld ‘out of thin air’ (ze zijn geen intermediair)
2) Leningen creëren deposito’s (en niet andersom)
3) Zonder bankleningen is er geen geld.
4) Commerciële banken hebben de neiging te veel leningen te verstrekken (geld te creëren). Dit leidt tot crises.
5) Er is een alternatief. Geldcreatie door de overheid. Zie voor meer informatie The Chicago Plan Revisited of bekijk de lezing.
De oratie van de heer Boonstra op 11 oktober 2013 leek zoveel belovend. Trots had de Vrije Universiteit Amsterdam op haar website aangekondigd:
“De manier waarop het geld in omloop wordt gebracht, het ‘geldscheppingsproces’, staat als uitvloeisel van de huidige financiële crisis volop in de schijnwerpers. Nogal wat analisten hebben ‘ontdekt’ dat het meeste geld niet door de overheid of de centrale bank in omloop wordt gebracht, maar door commerciële banken. Zij vinden dat de overheid het monopolie op geldschepping zou moeten hebben en dat de huidige situatie dus ongewenst is. Wim Boonstra concludeert in zijn oratie dat het goed is om nog eens kritisch naar de rol van banken in het geldscheppingsproces te kijken.”
Wij, een tiental mensen rondom Stichting Ons Geld, gingen vol verwachting naar deze oratie. Zou het dan toch mogelijk zijn met de gevestigde orde tot een open en gedegen dialoog over de geldschepping te komen? Nee dus. Boonstra’s oratie (beelden hier) leek nog het meest op de geloofsbelijdenis van een bankier. Wie zijn oratie napraat maakt vast kans op een baan bij een bank. Geloofsbelijdenissen passen natuurlijk goed bij de Vrije Universiteit, wier theologische verhandelingen toenemende internationale erkenning genieten. Het bankierscredo dat Boonstra reciteerde sluit naadloos in de Calvinistische traditie. Calvijn verdient ook groot bankierscrediet voor zijn bijdrage aan de opkomst van de financiële woeker in de (eens) christelijke wereld. Wetenschappelijke waarde had Boonstra’s oratie aan de Amsterdamse Zuidas helaas niet. Het was meer een samenvatting van hoe de bankiersgemeenschap naar geld, geldcreatie en de wereld kijkt. En dat is op zich heel waardevol. Want over het algemeen lijken bankiers deze onderwerpen graag te vermijden.
Fier klopte Boonstra, die ook hoofdeconoom van de Rabobank is, zich aan het slot van zijn rede nog op de borst. Hij heeft naar eigen zeggen de eurobond verzonnen. Maar dat is een prestatie! Een bankier die verzint dat een ander – in dit geval Europa – geld bij hem mag lenen. En als anderen, zoals wij, dan zeggen dat de bankier dit geld ‘uit het niets’ creëert, is dat volgens Boonstra beslist onwaar. De inspanning van Europa om aan zijn verplichtingen jegens de bank te gaan voldoen dekt namelijk de creatie van het geld. Daarmee kwam Boonstra uit op het punt waar we dachten dat de oratie over zou gaan. Als ‘Europa’ en de inspanning die zij levert, de ‘dekking is’ van het geld, waarom zou Europa dan niet zelf haar geld creëren? Waarom dat overlaten aan private banken? Als Europa zelf haar geld maakt blijft ze schuldenvrij. En als ze het aan bankiers over laat, stort ze zich in al maar groeiende schulden. Met bezuinigingen, ellende en afnemende welvaart tot gevolg.
Maar deze gedachte wil Boonstra niet volgen. En eigenlijk is dat ook best logisch. Hij is nu eenmaal bankier, denkt als een bankier, oreert als een bankier en schrijft als een bankier. En dat is goed nieuws. Want Boonstra’s oratie en zijn boek Geld speelt (g) een rol. Over de waarde, schepping en vernietiging van geld dat op dezelfde dag verscheen, bieden zeldzaam helder materiaal op basis waarvan de dialoog kan worden aangegaan.
Boonstra pretendeert in zijn boek – dat wij meteen hebben gelezen – hardnekkige misverstanden uit de weg te ruimen. Dit doet hij helaas niet. Hij doet eerder het omgekeerde. Iedereen met enige kennis van het geldsysteem ziet dat zijn conclusies gebaseerd zijn op een selectieve literatuurkeuze, een eenzijdige opvatting van de geschiedenis, een dubieuze analyse van de huidige crisis, een op sommige punten onjuiste uitleg (of bankiersuitleg) van het huidige geldsysteem, bedenkelijke framing en het negeren van democratische basisprincipes. De meest essentiële vragen laat hij bovendien onbeantwoord. Wij kunnen nauwelijks anders dan concluderen dat de heer Boonstra als hoofdeconoom van de Rabobank vooral doet aan belangenbehartiging in plaats van wetenschappelijk onderzoek.
Hoewel Boonstra’s werk dus niet bepaald getuigt van grote belangstelling voor andere opvattingen dan die van bankiers, biedt het wel een uitgelezen kans om eens serieus op het bankiersgedachtegoed in te gaan. Deze kans benutten wij graag. De komende tijd zullen we de stevige kritiek die we hebben op het werk van de heer Boonstra uitwerken en onderbouwen. We willen de heer Boonstra nu al bedanken voor zijn waardevolle bijdrage aan dit debat. Hij heeft het debat verder gebracht door inzicht te geven in zijn denken. Objectief wetenschappelijk kunnen we het echter niet noemen.
Dit (opinie-)verslag heb ik samen met Edgar Wortmann geschreven en is gisteren reeds gepubliceerd op duurzaamnieuws.nl, biflatie.nl en het blog van Ons Geld. Geïnteresseerden kunnen meer informatie over geldcreatie vinden in onlangs gepubliceerd essay De kunst van geldscheppen.
Vorige week liet Payment Service Provider Sisow weten het account van Stichting Ons Geld (waar ik bestuurslid ben) niet te activeren. Reden: Stichting Ons Geld stelt het huidige monetaire systeem ter discussie. Dit klopt. Wij stellen voor het monetair systeem te wijzigen. Wij willen geldcreatie onder publiek bestuur plaatsen door Full Reserve Banking te implementeren. Zo’n monetair systeem is in onze ogen democratischer, eerlijker, duurzamer en stabieler. Schijnbaar mag je dit niet voorstellen in Nederland. Anders geformuleerd, de belangen om geldcreatie in private handen te houden zijn groot, heel groot.
Toch ontkomen we er niet aan het geldsysteem te wijzigen. Er is namelijk steeds meer bewijs dat het huidige geldsysteem bijdraagt aan instabiliteit, onduurzaamheid en ongelijkheid. Gisteren heb ik groot aantal recent verschenen video’s over deze problematiek bekeken. Drie wil ik er hier onder de aandacht brengen. Ten eerste deze over het monetair systeem:
Ten tweede deze video over ongelijkheid in de UK:
Ten derde een interview met Joe Bongiovanni waarin hij uitgebreid uitlegt waarom monetaire hervorming prioriteit nummer 1 zou moeten zijn. Een aanrader.
Bongiovanni begint zijn betoog met “I’m a monetary reform activist“. Dit heeft mij aan het denken gezet. Ik heb mijzelf nooit als een activist gezien; ik zou mijzelf eerder een realist noemen. Iemand die ziet dat het bestaande monetair systeem altijd leidt tot excessen en begrijpt dat het op zoek gaan naar een beter alternatief vrijheid is. Vreemd genoeg laten velen, waaronder de mensen achter Sisow, zich leiden door intellectuele luiheid en lafheid. In plaats van te streven naar een beter systeem, beschermen ze bestaande belangen. Hierdoor versterken zij enkel de financieel-economische, sociaal-economische en ecologisch-economische crises. Misschien moeten we dus allemaal maar monetary reform activists worden?!?
Het essay De kunst van geldscheppen heb ik afgelopen jaar in verschillende fasen geschreven. Het afronden was een worsteling. Maanden heeft het geduurd. Telkens weer ontdekte ik nieuwe informatie en leerde ik meer over het geldsysteem. Ook werd ik geconfronteerd met mijn beperkte schrijftalent. Nu heb ik besloten dit essay te publiceren. Het wordt namelijk niet meer beter. Met De kunst van geldscheppen wil ik het debat over de crisis in het bijzonder en economie in het algemeen verbreden en onze kennis van geld en schuld actualiseren. Commentaar is uiteraard van harte welkom (contact). De ontwikkeling van kennis is immers een gezamenlijk proces. Ons denken gaat voort.